Cookies 🍪

Deze site gebruikt cookies waar we je toestemming voor nodig hebben. Meer informatie

Doorgaan naar content
Actueel

Gemeenten geven meer uit aan kindregelingen

Armoede & Schulden

Gepubliceerd op: 5 november 2025 | Laatste update: 5 november 2025

In 2024 hebben gemeenten per huishouden gemiddeld meer besteed aan kindregelingen dan in 2023. Het bedrag dat gemeenten uitgeven om kinderen mee te laten doen − bijvoorbeeld voor sport, culturele activiteiten en schoolspullen − is met 10% gestegen, van gemiddeld € 617 naar € 678 per jaar. Ook het aantal kwijtscheldingen van gemeentelijke belastingen is toegenomen. Dat blijkt uit cijfers van gemeenten die deelnemen aan de Divosa Benchmark Armoede & Schulden.

De Divosa Benchmark Armoede & Schulden laat zien dat ook de gemeentelijke regelingen voor kinderen een belangrijke bijdrage leveren aan het tegengaan van kinderarmoede. Vorig jaar zagen we al dat gemeenten in 2023 meer uitgaven aan kindregelingen dan in 2022. Die stijgende lijn zet zich voort.

Gemeenten doen opnieuw meer aan het tegengaan van kinderarmoede. Alle deelnemende gemeenten aan de Benchmark hebben wel een vorm van ‘kindregeling’. De hoogte van de gemiddelde toekenning loopt wel sterk uiteen, van zo’n € 300 tot € 1.100 per huishouden per jaar.

Fors minder uitgaven bijzondere bijstand en minder aanvragen

De uitgaven aan bijzondere bijstand zijn fors afgenomen. Deze zijn gehalveerd, van gemiddeld € 1.671 naar € 769 per huishouden in de doelgroep. Dit heeft te maken met de beëindiging van de energietoeslag. Alleen voor 2022 en 2023 kwamen inwoners in aanmerking voor energietoeslag, waarbij een deel van de gemeenten de energietoeslag 2023 in 2024 heeft uitbetaald.

Minder aanvragen minimaregelingen

Ook zien we een afname van het aantal aanvragen voor minimaregelingen. Gemiddeld kregen de deelnemende gemeenten aan de Divosa Benchmark Armoede & Schulden in 2024 per 10.000 inwoners 736 aanvragen voor minimaregelingen. Dit lag lager dan het aantal in 2023 en 2022, toen er respectievelijk 827 en 912 aanvragen per 10.000 inwoners waren. Het ligt nog altijd wel boven het aantal in 2021 (742) en 2020 (574). Een belangrijke verklaring is het wegvallen van de energietoeslag. Dit zorgde voor een nieuwe doelgroep bij gemeenten.

Gemeentelijk minimabeleid

Het minimabeleid van gemeenten is oorspronkelijk bedoeld als vangnet voor mensen die door een laag inkomen niet kunnen meedoen in de samenleving of onverwachte noodzakelijke kosten hebben.

Minimaregelingen zijn in de meeste gemeenten bedoeld voor mensen die leven op of onder 120 procent van de bijstandsnorm, wat in 2024 neerkwam op ruim 2.222 euro per maand voor een gezin. Voor een alleenstaande was dat ongeveer 1.555 euro. Deze bedragen zijn inclusief vakantiegeld en exclusief toeslagen. Gemeenten kunnen per regeling hun eigen inkomensgrens kiezen.

Met de ondersteuning via minimaregelingen kunnen gezinnen bijvoorbeeld meedoen aan sport en cultuur. Ook krijgen zij op deze manier toegang tot betaalbare zorg en andere eerste levensbehoeften, zoals voedsel en kleding. Bepaalde kosten worden kwijtgescholden of vergoed, zoals gemeentelijke belastingen en bewindvoerderskosten. Daarnaast kunnen gezinnen onverwachte noodzakelijke kosten, zoals een kapotte koelkast, via de bijzondere bijstand betalen.

Verkenning gezamenlijke aanpak gemeentelijke armoededienstverlening

De cijfers uit de Divosa Benchmark Armoede & Schulden laten zien dat de gemeentelijke minimaregelingen een substantiële bron van inkomsten zijn voor huishoudens. Daarbij zien we verschillen in geboden ondersteuning. Sommige van deze verschillen zijn uitlegbaar, bijvoorbeeld omdat er wordt aangesloten bij de lokale behoeften.

Andere verschillen worden steeds minder uitlegbaar. Daarom werkt Divosa samen met de VNG aan een verkenning onder gemeenten om na te gaan hoe de gemeentelijke dienstverlening binnen het armoedebeleid toegankelijker, effectiever en toekomstbestendiger kan. Doel is om te komen tot een breed gedragen dienstverlening om financieel kwetsbare mensen beter te kunnen helpen.

In de verkenning wordt gekeken naar de knelpunten die gemeenten ervaren, de kansen om beter aan te sluiten bij de behoeften van inwoners en wat nodig is van het Rijk. Ook wordt onderzocht wat gemeenten van elkaar kunnen leren om de uitvoering slimmer te organiseren. De resultaten en vervolgstappen worden eind november bekendgemaakt.

Jaarkaart Divosa Benchmark Armoede & Schulden

In de infographic ‘Hoe zetten gemeenten minimaregelingen in?’ staan de zes belangrijkste jaarcijfers uit de Divosa Benchmark Armoede & Schulden op een rij. De cijfers zijn gebaseerd op de gegevens over 2024 van 57 gemeenten.

Cijfers uit de Jaarkaart Minimaregelingen 2024. De cijfers worden in de tekst genoemd en toegelicht.
Anna van der Schors

Contactpersoon

Anna van der Schors (Divosa) , procesmanager Data en onderzoek, projectleider Benchmark Armoede & Schulden

aschors@divosa.nl 06-47982201